Bezwering 501 |
P |
1 |
|
Bezwering om God's executieplaats niet te betreden. |
|
2 |
|
Om te zeggen door (N.): |
S |
1 |
|
(Een knoop) is {voor mij} om me heen gebonden, in de hemel grenzend aan de aarde, door Re op de dag toen (hij) de knoop vastmaakte aan <hem> die traag te been was, die dag van het afsnijden van een haarlok. |
|
2 |
|
Een knoop werd om mij heen gebonden door Suty, terwijl de Enneade zijn oorspronkelijk macht nog bezat, voor de strijd ontstond. Beschermt gij (mij) tegen (hem) die mijn Vader doodde. Ik ben de Grijper van de Twee Landen. |
|
3 |
|
Een knoop werd (om mij heen) gebonden door Nut, die het in de eerste plaats zag. Ik zag geen Maat voor de Goddelijke Beelden van de goden waren gevormd.. Ik ben ┌Hij Die Is┐; ik ben <erfgenaam> van de grote goden. |
|
BM 10470 Bezwering 50
Rechts detail:
Ani loopt weg van de slachtpartij symbolisch voorgesteld door een mes waar bloed vanaf druipt op twee steunen die oprijzen uit een zandhoop.
|
|
|
Bezwering 512 |
P |
1 |
|
Bezwering om niet ondersteboven te lopen in het domein van god. |
|
2 |
|
Om te zeggen door N.: |
S |
|
|
Mijn gruwel is mijn gruwel; ik zal mijn gruwel niet opeten. Mest is mijn gruwel, ik zal het niet eten.
Uitwerpselen - geen kwaad (zal) daarvan (komen). Ik zal het niet met mijn handen aanraken, ik zal er niet op stappen met de zolen van mijn voeten. |
Onder: BM 10477 Bezwering 51 |
|
|
Bezwering 523 |
P |
1 |
|
Bezwering om geen mest te eten in het domein van god. |
|
2 |
|
Om te zeggen door N.: |
|
|
|
a |
S |
|
|
Mijn gruwel is mijn gruwel; ik zal mijn gruwel niet opeten. Mest is mijn gruwel, ik zal het niet eten.
Uitwerpselen -- niemand zal die in mijn buik stoppen. Ik zal het niet met mijn handen aanraken, ik zal er niet op stappen met de zolen van mijn voeten. |
|
|
|
b |
S |
1 |
|
"Op welk gebed leeft gij", zeggen de goden tegen mij, "in deze plaats waarheen gij ben gebracht?"
Ik leef op deze zeven broden van haar wiens broden zijn gebracht door Horus en Thoth. |
|
2 |
|
"Waar zijt gij toegestaan om te eten?" zeggen de goden tegen me. Ik eet onder deze plataan van Hathor, mijn meesteres. Ik heb de restjes darvan aan haar dansers gegeven, Mijn velden zijn aan mij toegewezen in Busiris, mijn planten in Heliopolis. Ik leeft op het brood van witte tarwe en mijn bier is van rode gerst. |
|
3 |
|
Gegeven aan mij is mijn familie, bestaande uit mijn vader en mijn moeder. |
|
|
|
c |
S |
|
|
(O) poortwachter van hem die dit land bestuurt, open voor mij, open wijd voor mij, (maak plaats voor mij)4 , dat ik mag gaan zitten waar ik wil. |
Onder: BM 10477 Bezwering 52 |
|
|
Bezwering 535 |
P |
1 |
|
Bezwering om geen mest te eten of urine te drinken in het domein van god. |
|
2 |
|
Om te zeggen door N.: |
|
|
|
a |
S |
|
|
Ik ben de gehoornde stier, die heerst over de hemel, heer van ┌de feesten┐ van de hemel, de Grote Illuminator die opstijgt als verschroeiende vlam, die de jaren ┌koppelt┐ en Ruty ┌verblijdt┐. Aan mij is de koers van het Zonlicht gegeven. |
|
|
|
b |
S |
1 |
|
Mijn gruwel is mijn gruwel; ik zal geen mest eten, ik zal geen urine drinken, (noch) ondersteboven lopen. |
|
2 |
|
Ik ben in het bezit van brood in Heliopolis. Mijn brood is in de hemel met Re; mijn brood is op de aarde met Geb. Het is de nacht-bark en de dag-bark die het naar mij brengen van uit het huis van de Grote God in Heliopolis. Ik (rek) mijn ingewanden als ik in de veerboot van de hemel ga. Ik eet van waar zij van eten; ik leef van waar zij van leven. Ik heb brood gegeten in de kamer van de bezitter van de offergaven. (Zo zegt) N. |
|
BM 10086 Bezwering 53
Rechts detail:
Ta-Amen-iw is gezeten voor een tafel met offers, waarachter een god in mummievorm staat
een staf en een vlegel vasthoudend. |
|
|
Bezwering 546 |
|
|
|
a |
P |
1 |
|
Bezwering om N. lucht te geven in het domein van god. |
|
2 |
|
Hij zegt: |
S |
1 |
|
O Atum geef mij de verfrissende adem die in uw neus is. Ik ben dat ei die in 'De Grote Kip' zat; (ik ben) deze grote magische bescherming, die is ontstaan en Geb van de aarde heeft gescheiden.
Als ik leef, leeft het, als ik oud wordt, het <wordt oud>. Als ik lucht adem, (ademt het lucht). |
|
2 |
|
Ik ben de rechter van hem die is opnieuw is samengesteld; ik heb gecirkeld rondom zijn ei. Mijn volgende dag (komt op (gepaste) tijd. |
|
|
|
b |
S |
|
|
Groot is de kracht van Suty, O omhulde van Pe en de Twee Landen. O gij die zich onder de goed gevoeden bevindt en bij de blauwen behoort, wees op uw hoede voor hem die in zijn nest is, het kind wanneer hij voortgaat tegen u. |
BM 10470 bezwering 54 |
|
Oude Egyptische aangehaalde documenten. |
Symbool |
Datum en beschrijving: |
Zie: |
1 |
Ea |
18de dynastie hiërogliefen papyrus van Nu uit Thebe, BM 10477 |
Hunefer etc., British Museum, Catalogus van de Egyptische religieuze papyri |
2 |
Aa |
18de dynastie hiërogliefen papyrus van Nebseny uit Memphis, BM 9900 (Pap. Burton) |
Bv. BM, foto's van het papyrus van Nebseny (1876), Edouard Naville. |
3 |
Eb |
18de/19de dynastie hiërogliefen
papyrus van Ani uit Thebe, BM 10470
|
Bv. E. A. Wallis Budge, De Papyrus van Ani (1913) |
4 |
Bekenranef |
26ste dynastie kalkstenen tombe van BAk-n-rn te Sakkara. |
LD III 259 d-69 |
5 |
R |
Pers.-Ptol. hiëratisch papyrus van N(y)-s(w)-Sw-&fnwt, OIM 9787 (Pap. Ryerson) |
"OIP" LXXXII, Pls. XIII-L |