|
De piramideteksten van Merenre. |
Bezweringen voor het voortgaan naar de hemel.
(Gallerij, midden.) |
Door te klikken op het oog van Horus, opent zich een Word-document met daarin de afbeelding(en)
van de hiërogliefen tekst van de desbetreffende bezwering. |
DE GEEST AANBEVELEN BIJ DE GODEN |
336
|
Recitatie
Sta op voor mij, vader! Sta op voor mij, Osiris Nemtiemzaf Merenre! Ik ben het, uw zoon: ik ben Horus.
Ik ben voor u gekomen opdat ik u zou kunnen reinigen, u reinigen, u doen herleven, uw beenderen voor u samenvoegen, uw zwemmende delen voor u verzamelen en voor u uw in stukken gesneden delen samenvoegen. Want ik ben Horus die zijn vader red: ik heb voor u hem geveld die u had geveld en aldus heb ik u gered, vader Osiris Nemtiemzaf Merenre van hem die deed wat voor u pijnlijk was.
Ik ben voor u gekomen als de boodschapper van Horus, want hij heeft u geïnstalleerd vader
Osiris Nemtiemzaf Merenre, op Zon Atoems troon, dat u het gewone volk moge leiden. Dus u zult omlaag gaan in de boot van de Zon naar daar waar de goden graag naar opstijgen, waarin de goden graag in omlaag gaan, waarin de Zon wordt geroeid naar het Achterste van de Horizon en waain (u) Nemtiemzal Merenre omlaag zult gaan als de Zon. Dus u zult gaan zitten op de zetel van de Zon en regeren over de goden. Want u bent de Zon, die voortkomt uit Noet, zij die geboorte geeft aan de Zon elke dag en deze Nemtiemzaf Merenre zal elke dag worden geboren net als de Zon.
"Verkrijg het erfgoed van uw vader Geb in de aanwezigheid van de Enneade in Heliopolis als één gelijk aan hem", zegt de Eerbiedwaardige en Grote Enneades die zich op de voorgrond bevinden van de ba's in Heliopolis. De twee eerbiedwaardige, geweldige goden op de voorgrond van het Moeras
van Riethebben u op de troon van Horus geplaatst als hun eerstgeborene. Zij hebben Sjoe aan uw oostelijke zijde geplaatst, Tefnoet aan uw westelijk zijde, Noen aan uw zuidelijke zijde en de Lagere Hemel aan uw noordelijke zijde zodat zij u kunnen leiden naar de perfecte, schone plaatsen van hun, die zij hebben gemaakt voor de Zon toen zij hem op hun tronen hebben geplaatst.
Nemtiemzaf Merenre, zij zullen u doen leven en
lijken op de seizoenen van Horus van het Akhet wanneer ze zijn identietei maken als degene die ver weg is van de goden. Zij zullen voor u de bezwering maken die ze voor de Zon Atoem hebben gemaakt, die elke dag schijnt. Zij zullen (u) installeren Nemtiemzaf Merenre op hun tronen als degene op de voorgrond van elke Enneade, als de Zon, als zijn opvolger en zij zullen er voor zorgen dat (u) Nemtiemzaf Merenre zich zult ontwikkelen als de Zon in zijn identiteit als de Kever. Gij zult opstijgen naar hen (tijdens de dag) als de Zon in zijn identiteit als de Zon en u zult uit hun gezichtsveld verdwijnen (gedurende de nacht) als de Zon in zijn identiteit als Atoem.
De Tweevoudige Enneade zal
opgewekt zijn vader als zij u ontmoeten vader Osiris Nemtiemzaf Merenre, zeggend: "Het is (het geval dat) onze broer bij ons is gekomen"---zegt de Tweevoudige Enneade over Osiris Nemtiemzaf Merenre, vader Osiris Nemtiemzaf Merenre;
"één van ons is bij ons gekomen"---zegt de Tweevoudige Enneade over u,
vader Osiris Nemtiemzaf Merenre;
"de oudste zoon van zijn vader is bij ons gekomen"---zegt de Tweevoudige Enneade over u,
vader Osiris Nemtiemzaf Merenre;
"de eerstgeborene van zijn moeder"---zegt de Tweevoudige Enneade over u,
vader Osiris Nemtiemzaf Merenre;
"degene aan wie dat wat pijnlijk is, is gedaan door zijn broer Seth is bij ond gekomen"---zegt de Tweevoudige Enneade;
"evenmin zullen we Seth vrijstellen om u voor eeuwig te dragen, vader Osiris Nemtiemzaf Merenre"---zegt de Tweevoudige Enneade over u,
vader Osiris Nemtiemzaf Merenre.
Verhef u zelf,
vader Osiris Nemtiemzaf Merenre, want u bent in leven! |
337 |
(Zie bezwering 458 van Pepi I) |
|
338 |
(Zie bezwering 460 van Pepi I) |
|
DE VEERBOOT ONTBIEDEN |
339 |
(Zie bezwering 459 van Pepi I) |
|
340 |
(Zie bezwering 501 van Pepi I) |
|
341 |
(Zie bezwering 8 van Teti) |
|
342
|
Recitatie
De Zon zal voor u schoonmaken, Horus zal voor u decoreren. Depressie is geëindigd en slaap verdreven voor de gods overlevende, gods zoon, de boodschapper van de god.
Gij zult afdalen in het meer van Kenzet en schoon worden in het Moeras van Riet. Horus's volgelingen, Anubis z'n werpstok en boog, zullen u reinigen en de bezwering van het tevoorschijn komen voor u maken alsmede de bezwering van het voortgaan.
Dus, u zult afdalen in de boot van de Zon, die de goden roeien. Stijgt op en zij zullen opgewekt geraken als zij u ontmoeten net zoals zij opgewekt geraakten bij het ontmoeten van de Zon als die tevoorschijn komt in het oosten, (zeggend): "Stijgt op! Stijgt op!" |
343 |
(Zie bezwering 461 van Pepi I) |
|
INVOCATIE DER GODEN T.B.V. DE PASSAGE |
344
|
Recitatie
Nemtiemzaf Merenre is schoon geworden in het Moeras van Riet, waarin de Zon schoon is geworden.
Horus schrob de rug van Nemtiemzaf Merenre! Thoth schrob Nemtiemzaf Merenre's voeten! Sjoe, breng Nemtiemzaf Merenre naar de hemel! Noet, geef uw arm aan Nemtiemzaf Merenre! |
345
t/m
349 |
(Zie bezwering 475-479 van Pepi I)
|
DE VEERBOOT ONTBIEDEN |
350
|
Recitatie
De hemel heeft het zonlicht voor u versterkt. Dus, gij zult opstijgen naar de hemel als het oog van de Zon en gij zult staan bij het oostelijke oog van Horus met behulp waarvan gods' zaak wordt aangehoord. Sta op de voorgrond van de akhs net als Horus staat op de voorgrond van de levenden; sta op de voorgrond van de akhs net als Osiris staat op de voorgrond van de akhs. |
351
|
Recitatie
Meer-bevaarder, haal me op! Meer-bevaarder, haal me op!
"Is het is een grijze gans (sprekend)?" (vraagt de veerman). Haal hem op!
"Is het een
pijlstaart eend?" Haal haar op!
"Is het is een langgehoornde stier?" Haal hem op!
Gij zult verhuld zijn als een reiger en uw vleugels
flapperen als een "vader van jongeren" (reiger)! Dus, u zult gaan Nemtiemzaf Merenre, naar uw vaders die zich op de voorgrond van het Uitgestrekte-Meer bevinden.
Wanneer u uw schimmel vrije brood hebt gekregen en uw
onbedorven bier, zult u uw eigen brood persoonlijk opeten: u hoeft het niet te geven aan degene in uw kielzog als u het eenmaal hebt gepakt van de zwarte vogel. |
352
|
Recitatie
Noen heeft Nemtiemzaf Merenre gebaard op zijn linker hand, Nemtiemzaf Merenre jong en onervaren. Hij heeft Nemtiemzaf Merenre gered van de goden der wanorde en kan Nemtiemzaf Merenre niet geven aan de goden der wanorde. |
353
|
Recitatie
Ziet-Achter-Hem! Kijk, Nemtiemzaf Merenre is gekomen, het oog van Horus dat was samen gebonden voor u meegebracht, degene in het Moeras van Beroering. Haal die Chnoem-gemaakte boot voor Nemtiemzaf Merenre.
Oh, Hapi, Imseti, Duamutef en Qebehsenuef! Haal voor Nemtiemzaf Merenre die Chnoem-gemaakte boot die in dat Kanaal van de Ganzen is.
Doorslikker, open het pad voor Nemtiemzaf Merenre! Oh, 'Heat-snake', open het pad voor Nemtiemzaf Merenre! Nekhbet, verwijder u zelf van Nemtiemzaf Merenre's pad!
Gegroet, jonge meid, in vrede! Gij zult Nemtiemzaf Merenre begeren en Nemtiemzaf Merenre zal u begeren.
Gij bent afgewezen voor hem, slechtheid! Gij zult Nemtiemzaf Merenre afwijzen en hij zal u afwijzen.
|
DE VERTREKKENDE GEEST AANSPREKEN |
354
|
Recitatie
Nemtiemzaf Merenre sta op voor uw vader, de Geweldige, ga zitten voor u moeder Noet. Geef uw arm aan uw zoon Horus: kijk, hij is gekomen om u te ontmoeten. |
DE VEERBOOT ONTBIEDEN |
355
t/m
359
|
(Zie bezwering 463-467 van Pepi I)
|
360 |
(Zie bezwering 449 van Pepi I) |
|
361 |
(Zie bezwering 468 van Pepi I) |
|
HET AANROEPEN VAN DE ZON |
362
|
Recitatie
Dat u moge ontwaken in vrede, door Natron-gereinigde god----in vrede!
Dat u moge ontwaken in vrede, oostelijke Horus----in vrede!
Dat u moge ontwaken in vrede, oostelijke Ba----in vrede!
Dat u moge ontwaken in vrede, Horus van het Akhet----in vrede!
Wanneer u gaat slapen in de Nachtboot, zult u ontwaken in de Dagboot, want u bent degene die (neer) kijkt op de hoofden der goden: er is geen god die (neer) kijkt op uw hoofd.
Vader, neem Nemtiemzaf Merenre [met u mee] naar waar zijn moeder Noet is.
Laat de deur der hemel geopend zijn voor Nemtiemzaf Merenre, laat de Koele Wateren deur voor hem zijn opengetrokken. Ik ben naar u gekomen, want u hebt bevolen dat Nemtiemzaf Merenre zal [zitten] aan uw zijde, aan de schouder van de ochtend god in het Akhet.
Vader, beveel [die] Gereinigde Godin
aan uw zijde om een plek te reinigen voor Nemtiemzaf Merenre aan de verhoogde weg onder de Kole Wateren. Beveel Nemtiemzaf Merenre aan bij 'Hem Die Leven Heeft', Sothis's zoon, [dat hij moge spreken] namens hem en zijn troon vestigd aan de hemel. Beveel Nemtiemzaf Merenre aan bij 'Hem Wiens Edelheid Geweldig is', Ptah's tevredenheid, Ptah's zoon, dat hij namens Nemtiemzaf Merenre moge spreken en het kruikenrek dat tot de aarde behoort, solide maakt voor hem.
Want Nemtiemzaf Merenre is één van die vier goden----Imseti, Hapi, Duamutef en Qebehsenuef----die leven van Maat en leunen op hun goudgelegeerde staven, de bewakers van het land der Nijl-vallei.
Hij heeft gevlogen! Nemtiemzaf Merenre is [weg] gevlogen [van u], mensen net als vogels (doen), Nemtiemzaf Merenre de armen van u genomen als een Nijlgans, zijn lichaam van u verkregen als een vlieger.
Mocht er een belemmering aan worden gegeven, Nemtiemzaf Merenre's tegenslag (letterlijk: becshuldiging) [zal] hem [redden]! |
|
|
|