WELKOM IN VREDE
De goden en godinnen van het oude Egypte

Links

Aantal bezoekers:

Beginpagina algemeen Beginpagina Goden
Beginpagina Farao's

Contactformulier

Voor de vertalingen van de diverse boeken klik hieronder.

Boek der Doden
De Piramide Teksten
Het Boek Amduat

Het Boek der Poorten
Egyptische hemel en hel

 

 
Boek der Doden
Bezwering 154


Bezwering 1541
P 1   Bezwering om tegen te gaan dat het dode lichaam vergaat.
  2   Hij zegt:
S 1   Heil aan u, mijn vader Osiris! Ik ben naar u gekomen met de bedoeling dat u mijn lichaam zult genezen; ik ben compleet zoals mijn vader Khepri, die gelijk is aan iemand die niet vergaat. Kom, dat mijn adem sterker moge zijn dan de uwe, O Heer van de Adem; waar zijn zijn gelijken?
Moge ik het langer volhouden dan u, want ik ben gevormd als de eigenaar van een begrafenis; staat u mij toe om voor eeuwig naar beneden te gaan in de aarde net als degene die u dient en uw vader Atoem en zijn lichaam zal niet vergaan; zo is hij die niet zal worden vernietigd.
  2   Ik heb niet gedaan wat gij verafschuwt; moge uw ka mij liefhebben en me niet van zich afduwen; neem me mee in uw gevolg. Dat ik niet corrupt zal worden, zijnde als die die u bediend, beter dan welke god of godin dan ook, dan welke horde of welke slangen dan ook die zullen vergaan.
Moge mijn ziel hemelwaarts stijgen na de dood; moge het neerdalen maar alleen als het is vergaan.
Zo is hij die is vervallen; al zijn botten zijn verdorven, zijn lichaam is afgemaakt, zijn botten zijn zacht geworden, zijn vlees is gemaakt in stinkend water, zijn ontaarding stinkt en hij verandert in vele wormen .... wanneer hij wordt gestuurd naar het Oog van Shu, hetzij als god, godin, gevogelte, vissen, slangen, wormen en horden allen tezamen, want zij hebben zich allemaal ter aarde geworpen toen zij mij herkenden; het is de vrees voor mij dat hen beangstigd.
Nu is elke sterfelijke zo, één die zal sterven, hetzij (mensen), horden, gevogelte, vissen, slangen of wormen; zij die leven zullen sterven. Dat geen enkele wordm moge passeren; mogen zij niet tegen mij strijden in hun verschillende gedaanten; gij zult mij niet overhandigen aan die slachter die zijn in zijn ..., die het lichaam dood, die de verborgene laat verrotten, die een massa lichamen vernietigd, die leeft middels het doden van de levenden, die zijn zaken uitvoerd en doet wat hem is bevolen.
Gij zult mij niet aan zijn vingers geven, hij zal geen macht over mij hebben, want ik sta onder uw bevel, O Heer der Goden.
  3   Heil aan u, mijn vader Osiris! Gij zult uw lichaam bezitten; gij zult niet ontaarden, gij zult geen wormen hebben, gij zult niet opzwellen, gij zult niet stinken, gij zult niet vergaan, gij zult gen wormen worden.
  4   Ik ben Khepri; ik zijn mijn lichaam voor eeuwig bezitten, want ik zal niet ontaarden, ik zal niet verroten, ik zal niet vergaan, ik zal geen wormen worden, ik zal niet zwak worden door het Oog van Shu, ik besta, ik leef, ik ben sterk, ik ben ontwaakt in vrede., ik ben niet vergaan, er is geen ontbinding in mijn inwendige organen, ik ben niet verwond, mij heeft is niet verrot, mijn schedel is niet verpletterd, mijn oren zijn niet doof, mijn hoofd heeft zich niet verwijderd van mijn nek, mijn tong is niet weggenomen, mijn haar is er niet afgeknipt, mijn wenkbrouwen zijn er niet afgehaald, geen verwonding is mij toegebracht.
Mijn lichaam is permanent, het zal niet vergaan noch worden vernietigd in dit land voor eeuwig.

Onder Bezwering 154, BM 10998-11

Bezweringen 154-160 Vignetten van een ongenoemd begrafenis papyrus.
Bovenaan rechts schijnen de stralen van de zon over de mummie van de overledene,
die ligt op een leeuwvormig bed, waaronder zich zakken met natron bevinden,
gebruikt tijdens de mummificatie. (Bezwering 154)
De andere details tonen een djed-pilaar, een knoop-amulet, een gouden gier halskraag,
een gouden valk halskraag en een papyrus-column amulet, benodigdheden afbeeldend
die geplaatst dienen te worden op de mummie als bescherming.

Boek der Doden - Bezwering 154

 




1 Gebaseerd op Cb1 (18de dynastie) In de vignet van R2 (Pers.-Ptol.) laat Re zijn stralen gaan over de mummie op een leeuwvormig bed.


Oude Egyptische aangehaalde documenten.
Symbool Datum en beschrijving: Zie:
1 Cb 18de dynastie, linnen lijkwade van koning Menkheperre,  (Thoetmoses III) uit Thebe (TT 320), Cairo en Boston, verzameling van 11. L. Mayer
D. Dunham in JEA XVII (1931) 209-10, Pls. XXXI-XXX VI; Naville, Edouard.
2 R Pers.-Ptol. hiëratisch papyrus van N(y)-s(w)-Sw-&fnwt, OIM 9787 (Pap. Ryerson) "OIP" LXXXII, Pls. XIII-L

 

Gebruikte afkortingen
Ptol Ptolemaeïsche periode.
Pers Perzische periode.
CT Coffintexts, sarcofaagteksten.
BM British Museum
OIP LXXXII The Egyptian Book of the Dead documents in the Oriental Institute Museum at the University of Chicago, edited by Thomas George Allen. 1960.

 

Terug naar de Inhoudsopgave Terug naar Bezwering 153B Naar Bezwering 155

 

 
Rechts