|
De tiende divisie uit het "Boek der Poorten". |
De Poort van Sethu. |
Na de negende divisie van de Duat te hebben gepasseerd arriveert de 'Boot van de Zon' bij de doorgang genaamd TCHESERIT, welke leidt naar de tiende divisie of zoals de openingstekst luidt, "Deze grote God komt bij deze Poort en gaat er doorheen en de Goden aldaar juichen hem toe".
De doorgang is vergelijkbaar met die, die de God passeerde in de vorige divisie en het buitenwerk ervan wordt bewaakt door zestien Uraei. Bij de ingang van de Poort staat gepast een bebaarde gemummificeerde vorm, genaamd NEMI, met een mes in zijn handen en aan de uitgang staat een soortgelijke gemummificeerde vorm, genaamd KEFI. De gallerij wordt geveegd door vlammen, voortkomend uit de monden van twee uraei. De uraei die het buitenwerk bewaken adresseren Ra en zeggen, "Komt gij naar ons, O gij die het hoofd van de Horizon
is, O gij die de geheime plaatsen opent, opend u de heilige pylonen en ontvouw de heilige deuren daarvan".
De op zijn staart staande monster slang, die de Poort bewaakt is genaamd SETHU en de twee regels tekst die refereren aan zijn toelating van Ra luiden, "Hij van wie deze deur is, opent deze voor Ra. Saa zegt tegen SETHU,'Opent uw Poort voor Ra, ontvouw uw portaal, zodat hij de dikke duisternis kan verlichten en licht kan sturen in de verborgen verblijfplaats'.
Deze Poort wordt gesloten nadat deze God gepasseerd is en de uraei die aan de andere kant zijn jammeren als ze horen dat de poort is gesloten voor hen." |
1
De boot van Af-Ra in de tiende divisie van de Duat.
|
In het midden van de divisie zien we de boot van Ra, voortgesleept door vier Goden van de Duat, de God heeft dezelfde vorm als voorheen en de boot wordt geloodst door Saa, die het commando heeft en Heka stuurt volgens zijn aanwijzingen. De processie voor de boot van de Zon bestaat uit: (Afb. 3)
1. Een bebaard mannelijk figuur, genaamd UNTI (d.w.z. "God van het Uur"), hij houdt een ster in elke hand.
2. Vier knielende Goden, elk met een uraeus boven zijn hoofd. De eerste is Horus, met havikskop, de tweede is SEREQ, bebaard en een pruik dragend, de derde is ABESH, bebaard en zonder pruik en de vierde is SEKHET met de kop van een leeuwin.
3. Drie bebaarde wezens, "DE STERRENGODEN", elk met een ster vasthoudend in zijn rechterhand, die omhoog wordt gehouden en die met zijn linkerhand een kleine boot voortsleept, die het "Aangezicht van de Schijf" bevat.
4. Een kleine boot, die een uraeus bevat, wiens laatste stuk van zijn lichaam omhoog is gebogen, binnen in die boog is het "AANGEZICHT VAN DE SCHIJF".
5. De gevleugelde slang SEMI, staand op zijn staart en met zijn lichaam in kronkels.
6.
Het bebaarde figuur BESI (Afb. 4), die in zijn handen de vlam ontvangt die opspuit uit het hoofd van een gehoornd dier, die de top van een staf vormt en aan de grond is gespiest door een mes.
7. De slang ANKHI, met aan beide zijden van de hals een mummievorm groeiend. (Afb. 4)
8. Vier vrouwen elk met beide handen in adoratie opgeheven, zij worden beschreven als "DE ROEPENDEN".
9. Twee bogen, met de uiteinden tegen elkaar op elk van deze zijn drie uraei met hun kop omhoog, staande op de plek waar de twee bogen samenkomen, met een voet op het eind van elk is het tweekoppig figuur HORUS-SET, met twee paar handen, één paar aan elke kant van zijn lichaam, verheven in adoratie. HORUS-SET wordt genoemd "Hij van de twee hoofden" en de twee bogen zijn, "De Kroon van de uraei".
(Afb. 4) |
2
De Poort van de slang Sethu.
|
De tekst die verwijst naar de bovengenoemde groepen luidt als volgt:
"Deze grote God wordt voortgesleept door de Goden van de Duat en zij die slepen zeggen tegen hem, 'Wij slepen Ra voort, wij slepen Ra voort en hij volgt ons in Nut. O heb beheersing over uw Aangezicht, inderdaad gij zult uzelf verenigen met uw Aangezicht, O Ra [door] Maat. Open, O gij Aangezicht van Ra en laat de twee ogen van Khufi in u gaan. Verdrijft gij de duisternis van AMENTET. Laat hem licht geven door wat hij heeft uitgezonden, het licht'.
Van de God met sterren wordt gezegd:
"Hij maakt een opkomst voor Ra (of hij vestigd Ra), UNTI zorgt voor licht in de bovenste hemel. Deze god leidt het uur, waarin dat volbracht wordt wat het behoort te doen". (Afb. 3)
Van de vier knielende Goden wordt gezegd:
"De vier slangen die in de aarde zijn houden de wacht (over zij die deze afbeelding zijn). Zij maken een verrijzenis voor Ra en zij zitten op de grote beeld(en) die zich onder hen bevinden en ze gaan verder met hen in het gevolg van Ra, samen met de verborgen beelden die hun toebehoren". (Afb. 3)
Van de drie Goden die sterren vasthouden wordt gezegd:
"Degenen aanwezig in deze afbeelding zingen liederen met hun sterren en zij houden stevig de boeg van hun boot vast en het treedt binnen in Nut. En dit Gezicht van Ra beweegt verder en zeilt over het land en degenen die in de Duat zijn zingen er hymnen over en zorgen er voor dat Ra gaat opstaan (d.w.z. vestigen Ra)". (Afb. 3) |
Van de gevleugelde slang SEMI wordt gezegd:
"Het maakt een verrijzenis voor Ra en het leidt de weldoenende God in de Duat van de Horizon van het Oosten". (Afb. 3) |
3
Goden van Licht en Vuur, Sterren-Goden, Aangezicht van de Schijf, Semi.
|
Van de God BESI wordt gezegd:
"Hij maakt een verrijzenis voor Ra en hij plaats het vuur op de kop en de horens (of in zijn handen is het vuur van de kop en de horens). En het wapen dat zich in de hand van de 'Vechter' bevindt is de volgeling van deze God". (Afb. 4)
Van de uraeus met het dubbele mannelijke figuur wordt gezegd:
"Het maakt een verrijzenis voor Ra. De vaststelling van de Tijd, welk schriftelijk in jaren is berekend, is met deze uraeus en het zorgt ervoor dat het met hem meegaat in de hoogten der hemel". (Afb. 4)
Van "DE ROEPENDEN" wordt er gezegd:
"Zij die roepen tot Ra zeggen, 'kom binnen, O Ra! Saluut, komt, O Ra! Saluut, komt, O gij die geboren is van de Duat! Kom, O nakomeling van de hoogten der hemel! Saluut, komt gij tot leven, O Ra!" (Afb. 4)
Van de dubbele boog wordt gezegd:
"Dit is de MEHEN slang van de ureai, die door de Duat schrijdt. De twee bogen zijn uitgestrekt en zij dragen op zich "hem van de twee gezichten" (of twee hoofden, d.w.z. HORUS-SET) in zijn mysterie wat behoort aan hen. Zij leiden de weg voor Ra in de horizon van het Oosten der hemel en zij gaan over in de hoogten der hemel in zijn gevolg". (Afb. 4) |
4
Besi, Ankhi, De Godinnen die de God groeten, Mehen en Horus-Set.
|
In het bovenste register zijn:
1. De vier ANTIU GODEN, die elk in hun rechterhand een mes vasthouden en een korte staf, waarvan één uiteinde is gekruld in zijn linkerhand. (Afb. 5)
2. De vier HENATIU GODEN, die elk vier uraei i.p.v. een hoofd hebben, zij zijn gewapend met wapens gelijk aan die van de Antiu Goden. (Afb. 5)
3. De golvende lengte van de slang Apep van wie gezegd wordt, "zijn stem gaat rond in de Duat". Gehecht aan de nek van het monster is een zeer lange keten, die zich verheft in een ovale curve en door de handen van 16 mannelijke figuren gaat en vervolgens wordt vastgegrepen en gehouden door een grote hand van welk het zich vervolgens
weer verheft in een ovale curve om na een bepaalde afstand af te dalen in de aarde, direct voor KHENTI-AMENTI. (Afb. 5, 6 en 7)
Op de eerste bocht van de keten, plat op haar gezicht liggend, is de Godin SERQ.
Van de 16 figuren die de keten met beide handen vasthouden, zijn er vier genoemd SETEFIU, met hun gezicht naar links, de 12 met hun gezicht naar rechts worden beschreven als de "TCHATIU GODEN, sterk van arm".
De rechterhand die de keten grijpt en vasthoudt wordt genoemd "Verborgen lichaam".
Op de tweede bocht leunen de bovenlichamen van vijf Goden, die elk met hun rechterhand de keten vastgrijpen en in hun linker een scepter vasthouden en het einde van een ketting die een opgerolde slang boeit. De naam van de eerste slang is UAMENTI, van de resterende vier worden geen namen gegeven.
De vijf Goden lijken te groeien uit de grote keten en heten Seb, Mest, Hapy, Tuamutef en Qebehsennuf.
Aan het einde van dit deel van de scene staat de bebaarde gemummificeerde vorm van KHENTI-AMENTI, de Witte Kroon en de 'Menat' dragend en de scepter in beide handen vasthoudend.
|
5
De Antiu en Henatiu Goden die Apep aanvallen.
|
Van de acht goden (dat wil zeggen, de ANTIU en HENATIU) wordt gezegd:
"Degenen aanwezig in dit plaatje staan op (of staan0 voor Ra en Ra staat op en komt naar voren voor hen [en zij zeggen] 'Sta op Ra en wees sterk, Khuti, voorwaar wij zullen Apep met zijn ketenen overwinnen. Nadert gij niet, O Ra richting uw vijand en uw vijand zal u niet naderen. Moge uw heilige attributen ontstaan binnenin de slang. De slang Apep is gestoken met zijn messen en diepe wonden zijn hem toegebracht. Ra zal opstaan in het uur waarin hij tevreden is (of het uur van de vrede) en de grote God zal krachtig doorgaan, wanneer zijn ketting (d.w.z. Apep's) vast zit".
"Het reptiel (letterlijk, 'worm'), die in deze afbeelding is, verbreekt de ketenen en de boot van deze grote God begint zich te verplaatsen richting de regio van Apep. Deze grote God reist voort nadat hij (d.w.z. Apep) heeft vastgezet d.m.v. zijn boeien". |
6
De Setefiu en andere Goden die Apep in bedwang houden.
|
Van de vier SETEFIU Goden wordt gezegd:
"Degenen die in deze afbeelding zijn, grijpen de boeien van het wezen van het tweevoudige kwaad en ze zeggen tegen Ra, 'Kom naar voren Ra, stap voorwaarts, Khuti. Voorwaar belemmeringen zijn opgelegd aan NEHA-HRA en Apep bevindt zich in zijn ketenen".
Van de 12 andere Goden die de ketting vastgrijpen wordt gezegd:
"Degenen in dit plaatje [fungeren] als bewakers van de zonen van de hulpeloze en ze houden de wacht (over de dodelijk ketting die zich in de 'Verborgen Hand" bevindt) voor de dode lichamen worden geplaatst met de dingen die hun toebehoren, in de kring van de kantelen van KHENTI-AMENTI. En deze Goden zeggen, 'laat de duisternis op uw gezicht zijn, O UAMENTI en gij zult worden vernietigd, O gij zonen van de hulpeloze, door de 'Verborgen Hand', welke kwaden zal veroorzaken voor u door de dodelijke ketting die er in zit. Seb houdt de wacht over jouw boeien en de zonen van de boeien (d.w.z. Mest, Hapy, Tuamutef en Qebehsennuf) leggen de dodelijke ketting op je. Houdt gij uw bewaking onder de verrekening van KHENTI-AMENTI".
Over de kinderen van Horus wordt gezegd:
"Zij in deze afbeelding, maken de boeien zwaar van de zonen van de hulpeloze en de boot van de weldoenende God reist voort op zijn weg". |
7
Seb en de kinderen van Horus die Apep en zijn zonen in bedwang houden.
|
In het onderste register bevinden zich:
1. Twaalf mannelijke wezens die elk een peddel dragen, zij heten: "Goden die nooit verminderen". (Afb. 8)
2. Twaalf vrouwelijke wezens, die elk met beide handen een touw grijpen. (Afb. 9) Boven het hoofd van een ieder bevindt zich een ster, zij heten: "Uren die voortslepen [de boot van Ra]".
3. De God BANTI, met de kop van een cynocephalus aap, een scepter vasthoudend. (Afb. 10)
4. De God SESHSHA, met mannenhoofd en een ster erboven, een scepter vasthoudend.
(Afb. 10)
5. De God KA-AMENTI, met stierenkop en een scepter vasthoudend. (Afb. 10)
6. De God RENEN-SBAU, met mannenhoofd en een ster erboven, een scepter vasthoudend.
(Afb. 10)
7. Een aap met een ster boven zijn hoofd, staande op een steiger, hij wordt genoemd de "GOD VAN RETHENU" (Syrië). (Afb. 10)
8. Een steiger waarop de Uchat rust.
Afb. 10)
9. Een God genaamd HER-NEST-F, een scepter vasthoudend. Afb. 10) |
8
De 12 Akhemu-Seku Goden met hun peddels.
|
Van de 12 Goden (de AKHEMU SEKU (Afb. 8) wordt gezegd:
"Zij aanwezig in dit plaatje, maken een verrijzenis voor Ra en ze nemen hun peddels in deze Cirkel van UNTI. Zij komen uit eigen beweging tot leven in de seizoenen wanneer Ra is geboren in Nut, zij komen tot leven voor de geboorten van Ra en ze maken hun opwachting in Nun samen met hem. het zijn zij die deze grote God vervoeren nadat hij zijn plaats heeft ingenomen in de Horizon van het Oosten der Hemel. Ra zei tegen hun, 'Neemt gij uw peddels en verenigd gij uzelf met uw sterren. Jullie tot leven komen, vindt plaats wanneer [ik] tot leven kom en uw geboorten vinden plaats wanneer mijn geboorten plaatsvinden. O gij wezens die mij vervoeren, gij zult niet lijden onder vermindering, O gij Goden AKHEMU SEKU'".
Van de 12 GODINNEN VAN DE UREN (Afb. 9) wordt gezegd:
"Degenen in dit plaatje houden het touw van de boot van Ra vast om hem voort te slepen in de hemel. Het zijn zij die Ra voortslepen en hem leiden langs de wegen naar de hemel en zie zij zijn de Godinnen die Ra voortslepen in de Duat. Ra zei tegen hun, 'Neemt gij het touw, stelt gij uzelf in positie en trekt gij mij, O mijn volgelingen in de hoogten der hemel en leidt gij mij langs de wegen. Mijn geboorten zorgen dat jij geboren wordt en zie, mijn tot leven komen zorgt dat jij tot leven komt. Stelt gij de perioden van tijd en jaren vast voor hem die onder u is". |
9
De 12 Godinnen van de Uren.
|
1. De God in dit plaatje, regelt dat de pylonen voor Ra open gaan en hij gaat mee aan zijn zijde.
2. De God in dit plaatje, roept naar de sterren aangaande de geboorten van deze grote God en hij gaat mee aan zijn zijde.
3.
De God in dit plaatje, roept naar de Goden van de boot van Ra en hij gaat verder op zijn weg met hem.
4. De God in dit plaatje, zet de sterren op hun plaatsen (letterlijk, steden) en hij gaat verder op pad met de grote God.
De bovenstaande vier punten moeten verwijzen naar de vier Goden, BANTI, SESHSHA, KA-AMENTI en RENEN-SBAU en om die reden blijven de GOD VAN RETHENU, de Utchat en de God HER-NEST-F zonder beschrijvingen.
Uit het graf van Ramses VI.
M. lefebure voegt de volgende twee paragrafen toe, die betrekking hebben op de Utchat en HER-NEST-F.
"Dit is het Oog van Ra, welke de God met zichzelf heeft verenigd en het verblijdt zich met haar plaats in de boot".
"Dit is hij die de deur opende van deze Cirkel, hij blijft op zijn positie en gaat niet met Ra mee op zijn weg". |
10
(v.l.n.r.) Banti, Seshsha, Ka-Amenti, Renen-Sbau, Neter-Rethen, Het Oog van Ra en Her-Nest-f.
|
Voor de elfde divisie uit het "Boek der Poorten", klik hier. Terug naar de negende divisie klik hier. |
Disclaimer: Aangezien deze vertaling is gemaakt van een vertaling daterend uit 1905 van dhr. E. A. Wallis Budge, welke in het oud-Engels is geschreven, kan ik niet garanderen dat alles 100 procent juist is vertaald en tevens niet garanderen dat hij alles goed heeft vertaald. U zult dan ook af en toe een begrip in het Engels aantreffen waarvoor ik geen zinnige vertaling kon bedenken. Navraag bij een Dr. in de egyptologie levert de bevestiging op dat de transcripties van Wallis Budge niet geheel correct zijn en dus fouten bevatten.
Met vriendelijke groeten,
André de Ruiter |
|
|
|