WELKOM IN VREDE
De goden en godinnen van het oude Egypte

Links

Aantal bezoekers:

Beginpagina algemeen Beginpagina Goden
Beginpagina Farao's

Contactformulier

Voor de vertalingen van de diverse boeken klik hieronder.

Boek der Doden
De Piramide Teksten
Het Boek Amduat

Het Boek der Poorten
Egyptische hemel en hel

 

 
Amduat Boek der Poorten Index Vorig hoofdstuk Volgend hoofdstuk

De Egyptische Hemel en Hel.

Hoofdstuk 10 (vervolg)
Zevende divisie van de Duat

1. Het koninkrijk van Osiris, volgens het boek Amduat.


De naam van deze Divisie of uur is, THEPHET-SHETAT, de naam van de Poort is, RUTI-ASAR en de Godin van het Uus is KHEFTES-HAU-HESQ-NEHA-HRA.
Kijkend naar "de geheime weg van AMENTET", waarin AFU-RA nog steeds op reis is, merken we op dat het gezicht van de God in een andere richting is gedraaid, dat de bemanning is vermeerderd met Isis en door SER, wiens naam ook wordt gelezen als SEMSU en dat de baldakijn waaronder AFU-RA staat wordt gevormd door het lichaam van de slang MEHEN.
Er is een goede reden voor deze veranderingen, want de God dient nu een gebied te doorkruisen waar onvoldoende water is om de Boot te laten drijven of om toe te laten om het te slepen. Bovendien wordt zijn weg geblokkeerd door een monsterslang genaamd NEHA-HRA, die ligt op een zandbank van 450 ellen lang.

M.a.w. de Boot van AFU-RA is aangekomen in een gebied met zandbanken en ondiepten, waar slangen en krokodillen leven. Maar de woorden van macht van Isis, de grote tovenares en van SER en van de God zelf beschermen hem tegen ongeluk, uiteindelijk passeert hij deze Divisie door zelf de vorm aan te nemen van de slang MEHEN, waarin hij voorwaarts glijdt.
Deze regio waarin de slang Apep of NEHA-HRA leeft, is genaamd TCHAU en het is 440 ellen lang en 440 ellen breed. Zijn hoofd en zijn staart zijn gevangen in ketenen door respectievelijk SERQET en HER-TESU-F en deze Goden hebben hem aan de grond vastgespietst met zes grote messen.
Wanneer het lichaam van de slang is verwijderd, gaat AFU-RA voorwaarts en passeert vier Godinnen elk gewapend met een mes om dan te arriveren bij vier rechthoekige gebouwen.



In elk gebouw bevindt zich een heuvel zand en aan het eind van elk gebouw bevindt zich het hoofd van een man. Deze gebouwen zijn de tombes waarin de vier belangrijkste vormen van de Zonnegod zijn begraven, de eerste bevat de "Vorm van Tem", de tweede de "Vorm van KHEPERA", de derde de "Vorm van Ra" en de vierde de "Vorm van Osiris".
De hoofden aan de uiteinden van deze tombes zijn die van de vijanden die werden verslagen bij de tombes en werden begraven in de fundamenten om zodoende kwade geesten te verdrijven.
In de teksten die verwijzen naar deze scene staat dat de Godinnen meedoen bij het afslachten van Apep, dat de menselijke hoofden tevoorschijn komen zodra er iemand bij de graven komt en dat zodra ze de stem van AFU-RA hebben gehoord en hij gepasseerd is, dan "eten ze hun eigen vormen op", d.w.z. zij verdwijnen totdat Ra weer komt.


Aan de rechterkant van de Boot van AFU-RA, er na kijkend is Horus en de 12 Goden van de Uren, die de tombes van Osiris bescheremen en Ra assisteren gedurende zijn reis. Daarna komen 12 Godinnen van de Uren die in de tegenovergestelde richting kijken en worden gesmeekt om "De God die aan de horizon is" in vrede te gidsen naar het mooie AMENTET.
Daar achter is de grote krokodil, genaamd ABSHE-AM-TUAT die in de volle lengte is uitgestrekt over de tombe van Osiris. Als de Boot van AFU-RA het passeert, spreekt de God Osiris toe, die voor een seizoen zijn hoofd tentoonspreidt, die verdwijnt zodra de Boor de volgende Divisie is binnengegaan.


Aan de linkerkant van AFU-RA bevinden zich ook een aantal Goden en Godinnen, die behoren tot deze Divisie en onder hen, moge speciaal worden opgemerkt, bevindt zich de slang MEHEN, de Heer van dit gebied, zijn lichaam is gebogen in de vorm van een baldakijn en er onder is "Het lichaam van Osiris", in de vorm van een God (AFU-ASAR) gezten op een troon.
Aan de voorzijde bevinden zich een aantal van de vijanden van Osiris, sommige onthoofd door de Lynx-godin en sommigen geketend die zich in de handen van de God ANKU bevinden.
Daar achter bevinden zich drie levende zielen, vertegenwoordigers van de gezegende doden in deze regio en "Het lichaam van Tem" (AFU-TEM), in de vorm van een God gezten op de rug van een reusachtige slang lijkend op MEHEN.



Amduat Boek der Poorten Index Vorig hoofdstuk Volgend hoofdstuk

 

Disclaimer: Aangezien deze vertaling is gemaakt van een vertaling daterend uit 1905 van dhr. E. A. Wallis Budge, welke in het oud-Engels is geschreven, kan ik niet garanderen dat alles 100 procent juist is vertaald en tevens niet garanderen dat hij alles goed heeft vertaald. U zult dan ook af en toe een begrip in het Engels aantreffen waarvoor ik geen zinnige vertaling kon bedenken. Navraag bij een Dr. in de egyptologie levert de bevestiging op dat de transcripties van Wallis Budge niet geheel correct zijn en dus fouten bevatten.

Met vriendelijke groeten,
André de Ruiter

 

 

 
Rechts