WELKOM IN VREDE
De goden en godinnen van het oude Egypte

Links

Aantal bezoekers:

Beginpagina algemeen Beginpagina Goden
Beginpagina Farao's

Contactformulier

Voor de vertalingen van de diverse boeken klik hieronder.

Boek der Doden
De Piramide Teksten
Het Boek Amduat

Het Boek der Poorten
Egyptische hemel en hel

 

 
De negende divisie uit het "Boek der Poorten".
De Poort van Ab-Ta.
Na de achtste divisie van de Duat te hebben gepasseerd arriveert de 'Boot van de Zon' bij de doorgang genaamd AAT-SHEFSHEFT, die leidt naar de negende divisie of zoals de openingstekst luidt: "Deze grote God komt bij deze Poort en gaat er doorheen en de Goden aldaar juichen hem toe".
De doorgang is vergelijkbaar met die, die de God passeerde in de vorige divisie en het buitenwerk ervan wordt bewaakt door negen Goden in een gemummificeerde vorm, die worden beschreven als de 'PAUT', d.w.z. "Het gezelschap van de negen Goden".
Bij de ingang van de Poort staat gepast een bebaarde gemummificeerde vorm, met zijn handen voor zijn borst gevouwen, genaamd ANHEFTA en bij de uitgang staat een soortgelijke vorm, genaamd ERMEN-TA. Tegen beiden wordt gezegd om hun armen en handen uit te strekken naar Ra.
De gallerij wordt geveegd door vlammen, voortkomend uit de monden van twee uraei.

Het gezelschap van Goden, die het buitenwerk bewaken, adresseren Ra en zeggen, "Komt gij naar ons, O gij die het hoofd van de Horizon is, O gij die de geheime plaatsen opent, open voor uzelf de heilige pylonen en ontvouw voor uzelf de heilige deuren daarvan".
De op zijn staart staande monsterslang is genaamd AB-TA en de twee regels tekst die refereren aan zijn toelating van Ra luiden, "Hij van wie deze deur is, opent deze voor Ra. Saa zegt tegen AB-TA,'Opent uw Poort voor Ra, ontvouw uw portaal naar KHUTI, zodat hij de dikke duisternis kan verlichten en licht kan sturen in de verborgen verblijfplaats'.
Deze Poort wordt gesloten nadat deze God gepasseerd is en de Goden die aan de andere kant zijn jammeren als ze horen dat de poort is gesloten voor hen.

1

De Poort van Ab-Ta.

1

 

 

In het midden van de divisie zien we de boot van Ra, voortgesleept door vier Goden van de Duat, de God heeft dezelfde vorm als voorheen en Saa staat op de uitkijk en Heka gehoorzaamt zijn instructies m.b.t. het sturen. De processie welke voor de boot marcheert bestaat uit:
1. Zes bebaarde rechtopstaande mannelijke figuren, die in hun handen de uiteinden van een staaf of touw houden, die is gebogen in de vorm van een boog boven hun hoofden. Deze worden beschreven als, "ZIJ DIE GAAN OVER DE WOORDEN VAN MAGISCHE KRACHT". (Afb. 3)

2. Vier apen met een hondenkop, de NEMU die een al beschreven gebogen stang vasthouden. Deze worden beschreven als, "ZIJ DIE AAN MAGIE DOEN, D.M.V. KNOPEN VOOR Ra". (those who work magic by means of knots for Ra) (Afb. 3)
3. Vier rechtopstaande vrouwen, de AAIU, die een gebogen staaf of touw boven hun hoofd houden, zoals de vier apen en de zes mannelijke figuren. Zij worden beschreven als, "ZIJ DIE AAN MAGIE DOEN, D.M.V. KNOPEN VOOR Ra". (
those who work magic by means of knots for Ra) (Afb. 3)
4. Drie mannelijke figuren, elk met een speer in zijn rechterhand en een koord in zijn linker, zij heten de ABEBUITI oftewel "de speerdragers". (Afb. 4)

2

De boot van Af_Ra in de negende divisie van de Duat.

2

Direct voor deze is een bebaard mannelijk figuur, uitgestrekt liggend op zijn gezicht, hij heeft op zijn hoofd een kleine zonneschijf en een paar oren van een ezel en zijn naam is AAI, d.w.z. de ezel. (Afb. 4)
In zijn handen houdt hij een touw vast, die over zijn hoofd gaat en langs zijn rug en het wordt vastgehouden door de drie speerdragers in hun linkerhand. Vanaf de knieën omhoog is zijn lichaam in een diagonale positie en deze houding suggereert dat of hij zichzelf m.b.v. het touw heeft opgericht of dat hij in deze positie is getrokken door de speerdragers.

Tegenover de ezel zijn:
1. De monsterslang Apep en
2. De krokodil SHESSHES, met een staart die eindigt met de kop van een slang.

3

Goden, goddinnen en apen die bezweringen uitspreken tegen Apep.

3

De tekst die verwijst naar het geheel van deze sectie, luidt:
"Deze grote God wordt voortgesleept door de Goden van de Duat en zij die Ra voortslepen zeggen, 'De God komt tot zijn lichaam en de God is voortgesleept naar zijn schaduw. O wees gij in vrede met uw lichaam en wij zullen uw voortslepen in uw integriteit in uw (letterlijk zijn) geheime plaats. Komt gij, O Ra en weest gij in vrede met uw lichaam want gij zult worden beschermd door zij die de gebogen touwen(?) hebben".

De tekst die verwijst naar de zes mannen, vier apen en vier vrouwen, luidt als volgt:
"Zij dit in dit beeld zijn, marcheren voor Ra en zij spreken woorden van macht uit tegen Apep en keren dan terug naar de Arit (of Hal) van de Horizon. Zij reizen met hem voorwaarts in het hart van de hemel en zij komen tot leven voor hem in het ATERTI (d.w.z. de twee gedeelten van de hemel in welke Ra opkomt en ondergaat) en zij brengen hem ertoe om te verrijzen in Nut. En ze spreken hun woorden van macht, welke deze zijn: 'Uit op u, (
Out upon thee) O gij rebellerende slang. Uit op u, gij monster dat vernietigd, gij Apep uitzendend uw kwade onheilen (of daden)! uw gezicht zal worden vernietigd, O Apep. Gij zult voortgaan naar het 'blok der executie'. De NEMU zijn tegen u en zij zullen u in stukken hakken. De AAIU zijn tegen u en zij zullen u vernietigen. De ABEBUITI (d.w.z. de speerdragers) zullen hun speren in u gooien en zij zullen u betoveren d.m.v. hun verwensingen! Gij zijt vernietigd, verpletterd en doodgestoken, O slang Sessi".
Zij aanwezig in dit beeld, die hun speren hebben, bewaken het touw van AAI en zij staan de slang niet toe om de boot van de grote God te benaderen. Ze gaan achter deze God aan naar boven. Deze Goden die strijden in naam van deze God in de hemel, zeggen: (Deze tekst is helaas niet voorhanden)

4

De speerdragers, Aai. Shesshes en Apep.

4

 

In het bovenste register bevindt zich het volgende:
1. Vier Goden, die i.p.v. een hoofd, een 'Kroon van het Zuiden' hebben, waaraan een uraeus is aangebracht op zijn lichaam en die geholpen door een bebaard mannelijk figuur bezig zijn met het verheffen van de grond, d.m.v. een touw, een stok of een staf, die is bedekt door een bebaard menselijk hoofd, een 'Kroon van het Zuiden' dragend. De Goden worden genoemd, "DE GODEN VAN HET ZUIDEN" en de bebaarde mannelijke figuur, "HIJ DIE GAAT OVER HET VOORSTE DEEL."
(Afb. 5)
2. Vier Goden, die i.p.v. een hoofd, een 'Kroon van het Noorden' hebben, waaraan een uraeus is aangebracht op zijn lichaam en die geholpen door een bebaard mannelijk figuur bezig zijn met het verheffen van de grond, d.m.v. een toue, een stok of een staf, die is bedekt door een bebaard menselijk hoofd, een 'Kroon van het Noorden' dragend. De Goden worden genoemd, "DE GODEN VAN HET NOORDEN" en de bebaarde mannelijke figuur, "
HIJ DIE GAAT OVER HET ACHTERSTE DEEL." (Afb. 6)

5

Goden van het Zuiden, bezig met het oprichten van de Standaard van het Zuiden.

5

3. Tussen de twee gropen hierboven beschreven is de sfinx met havikskop, welke "Horus in de boot" symboliseert. Boven haar achterlijf bevindt zich het hoofd en schouders van een bebaard menselijk figuur genaamd ANA en op het hoofd van de havik en dat van ANA, is een 'Kroon van het Zuiden'. (Afb. 7) Staand op de rug van de sfinx is het figuur van HORUS-SET, met karakteristieke koppen, met zijn armen uitgestrekt en met elke hand op het bovenste gedeelte van de 'Kronen van het Zuiden' gelegd. De havikskop van dit figuur kijkt naar de achterkant van de havikskop van de sfinx en de dierenkop, welke kenmerkend is voor Set kijkt naar de achterkant van het menselijke hoofd van ANA. Het is dus vrij duidelijk dat Horus werd beschouwd als een vorm van de zonnegod van het Zuiden en Set als een vorm van de Zonnegod van het Noorden.

6

Goden van het Noorden, bezig met het oprichten van de Standaard van het Noorden.

6

4. De slang SHEMTI (Afb. 8), welke vier hoofden en halzen heeft aan elk uiteinde van zijn lichaam en elk hoofd en nek wordt ondersteund door een paar benen. Een staand mannelijk figuur, genaamd APU, houdt het midden van het lichaam van de slang vast met beide handen.
5. De slang BATA (Afb. 9), met een bebaard hoofd aan elk eind van zijn lichaam, elk hoofd draagt een 'Kroon van het Zuiden'. Boven de rug van deze slang is een andere slang waarvan uit elk uiteinde het bovenste gedeelte van het lichaam en de hoofden van vier bebaarde mannelijke figuren ontspringen. Het eerste figuur van elke groep heeft een paar handen en armen in adoratie opgeheven en elk figuur van de twee groepen heeft een paar benen, die staan op de rug van de slang BATA. Een staand mannelijk figuur, genaamd ABETH houdt het midden van het lichaam van de slang TEPI vast met beide handen.
6. Twee mannelijke wezens (Afb. 10), met boven hun hoofd een net, waarmee ze de slang gaan aanvallen of om hem mee te weerstaan.

7

Heru-Am-Uaa met Set-Horus op zijn rug.

7

 

De passage die verwijst naar de GODEN VAN HET ZUIDEN luidt:
"Degene in deze scene staan op voor Ra, die zei tegen hen, 'Ontvangt gij uw hoofden, O gij Goden en trekt het voorste deel van je touw strak. Saluut, O gij Goden, komt tot leven! Saluut, bezit gij de kracht van het licht, O gij Goden en komt gij tot leven. Bezit gij de kracht van het licht, O gij Goden en komt gij tot leven in de geheime plaats en door mijn kracht van het licht in de verborgen plaats (AMENT), in de kamers der dingen'.

De passage die verwijst naar HORUS-SET luidt:
"Ra heeft deze God laten opstaan. Deze God met zijn twee gezichten gaat er in nadat Ra hem gepasseerd is".

De passage die verwijst naar de GODEN VAN HET NOORDEN luidt:
"Ra zei tegen hen, 'Laat uw hoofden van u zijn, O gij Goden! Ontvangt gij uw 'Kronen van het Noorden' en trekt gij stevig aan het achterste eind van de boot van hem die tot leven komen uit mij. Aanschouw nu Horus van het knappe Gezicht!'"

De passage met betrekking tot de slang SHEMTI luidt:
"Hij die in dit beeld is, schrijdt door de geheime plaats en hij trekt zich terug naar QATEMT, de Hal (of Hof) van AMENT. Degenen die daarin zijn, zijn de hoofden die verslonden zijn en zij ademen de geur van SHEMTI, waarvan APU de bewaker is".

8

De Shemti slang en zijn bewaker Apu.

8

De passage met betrekking tot de slang BATA luidt:
"Hij die in dit beeld is laat zichzelf opstaan voor Sar en hij houdt de telling bij van de zielen welke gedoemd zijn in de Duat. Hij schrijdt door de geheime plaats en trekt zich terug naar TESERT-BAIU, naar de Hal (of Hof) van AMENT. Vervolgens kwam TEPI in BATA. Degenen die er in zijn, zijn zij wiens hoofden zijn verzwolgen. Zij ademen de geur van BATA, waarvan ABETH de bewaker is".

9

De slangen Bata en Tepi en de bewaker Abeth.

9

De passage met betrekking tot de twee Goden met netten luidt:
"Dit zijn de Goden die gebruik maken van de woorden van kracht voor Horus-Ra in AMENT. Zij hebben macht over het net en zij maken gebruik van de woorden van kracht op zij die in de net(ten) zijn, welke zich in hun handen bevinden".

10

Twee Goden met netten.

10

In het onderste register bevinden zich:
1. Zestien Goden (Afb. 11 en 12), die aan de ene kant van de scene staan en een touw met beide handen vasthouden. De eerste vier zijn bebaarde man-koppige wezens en er wordt gezegd dat zij "DE ZIELEN VAN AMENT" zijn. De tweede vier hebben een Ibis-kop en zijn "DE VOLGELINGEN VAN Thoth". De derde vier hebben een haviks-kop en zijn "DE VOLGELINGEN VAN Horus". En de laatste vier hebben een ramskop en zijn "DE VOLGELINGEN VAN Ra".

2. Acht bebaarde Goden, man-koppige wezens, die aan het andere eind van de scene staan in twee groepen van vier, zij worden beschreven als, "MACHTEN", elk van hen heeft een touw met beide handen vast. Het touw dat door deze wezens wordt vastgehouden is bevestigd aan de poten van de enorme slang KHEPRI. Deze slang heeft een hoofd aan elk eind van zijn lichaam, waarvan het voorste gedeelte wordt ondersteund door een paar menselijke benen. Van elk eind van dat gedeelte van zijn lichaam dat plat op de bodem ligt, ontspringt een uraeus. (Afb. 13) Op het midden gedeelte van het lichaam van de slang bevind zich een havik, die op zijn kop de dubbele kroon draagt, deze havik is het symbool voor "Horus van de Duat".

11

De zielen van Ament en de discipelen van Thoth die Khepri slepen.

11

De tekst die verwijst naar deze sectie van de scene, luidt:
"Degenen die in deze scene zijn hebben het touw in hun handen en het is vastgemaakt aan de poten van KHEPRI, die achterwaarts beweegt naar de 'Hal van hun Horizon'. Ze trekken dit touw met de God in hun Horizon en ze slepen hem voort in de hemel (Nut). Zij leven van de dingen van het Zuiden en hun voeding is van de dingen van het Noorden en ze bestaan van dat wat voortkomt uit de mond van Ra. De stem van deze slang KHEPRI gaat via via en trekt in de geheime plaats nadat Ra is binnengegaan in de hoogte van de hemel. 

12

De discipelen van Horus en de discipelen van Ra die Khepri slepen.

12

De vier groepen, elk met vier wezens zeggen tegen Ra, 'Kom, O kom na uw transformaties! Kom, O Ra na uw transformaties! Verschijn, verschijn na uw transformaties! Verschijn, O Ra na uw transformaties in de hemel, in de grote hemel! Saluut! Wij verordenen voor u, uw verblijfplaatsen door de uitmuntendheid die in de woorden zit van de 'Machtige der Vormen' in de geheime (of verborgen) plaats'."

13

De slang Khepri en Horus van de Duat.

13

De passage die verwijst naar Horus luidt:
"Hij aanwezig in deze scene is HERU-TUATI (d.w.z. Horus van de Duat). Het hoofd komt uit hem voort en de vormen [waarin hij verschijnt] uit de de opgerolde slang. Ra roept tegen deze God aan wie de twee goddelijke uraei zichzelf te verenigen, hij treedt binnen op de weg naar KHEPRI, wie luistert wanneer Ra naar hem roept."

14

De 8 Machten die Khepri slepen.

14

De twee groepen, elk met vier wezens, hebben in hun handen het touw dat is vastgemaakt aan de voet van KHEPRI en zij zeggen tegen Ra, 'De wegen van de verborgen plaats staan open voor u en de portalen die in de aarde zijn, zijn voor u ontvouwd, de Ziel welke Nut liefheeft en wij zullen uw vleugels gidsen naar de Berg. Saluut! Treedt gij binnen in het Oosten en maakt gij uw reis van tussen de dijen van uw moeder'.
Voor de tiende divisie uit het "Boek der Poorten", klik hier.    Terug naar de achtste divisie klik hier.

 

Disclaimer: Aangezien deze vertaling is gemaakt van een vertaling daterend uit 1905 van dhr. E. A. Wallis Budge, welke in het oud-Engels is geschreven, kan ik niet garanderen dat alles 100 procent juist is vertaald en tevens niet garanderen dat hij alles goed heeft vertaald. U zult dan ook af en toe een begrip in het Engels aantreffen waarvoor ik geen zinnige vertaling kon bedenken. Navraag bij een Dr. in de egyptologie levert de bevestiging op dat de transcripties van Wallis Budge niet geheel correct zijn en dus fouten bevatten.

Met vriendelijke groeten,
André de Ruiter

 

 
Rechts